Grappen maken in de personeelskamer of delen wat je hebt meegemaakt tijdens de les: collega’s zijn belangrijk voor het werkgeluk. Kelly, Jolien, Floor, Jesse en Razia vertellen wat collega’s voor hen betekenen.
Werkgeluk is..: “Werken met een gedreven en enthousiast team vanuit duidelijkheid en structuur. We hebben samen vastgesteld wat onze ambitie is als school, hierdoor verloopt alles soepel. Onze schoolleidster staat middenin het team. Ze zet mensen in hun kracht, waardeert onze talenten en spreekt dat ook uit.” Collega’s: “Collega’s zijn belangrijk voor mijn werkgeluk. We hebben een multiculturele populatie op school en dat brengt wat uitdagingen met zich mee. Denk aan het begeleiden van kinderen met een taalachterstand of kinderen die uit een oorlogsgebied zijn gevlucht. Collega’s bieden een luisterend oor als iets even niet lekker loopt. Alle collega’s willen iets betekenen voor kinderen die aan het begin van hun ontwikkeling staan.” Lachen in de personeelskamer: “Het is ook belangrijk om samen te lachen. Grappige verhalen over iets dat in het weekend is gebeurd of een leuke situatie in de klas, passeren regelmatig de revue.” Mountainbiken of BBQ’en: “Een paar collega’s organiseren teamactiviteiten om elkaar op een andere manier te leren kennen. We zijn met een mountainbike de grotten in gegaan en hebben een dag gesnowboard in een indoor hal. Ook BBQ’en we wel eens. Iedereen die het leuk vindt, sluit aan.”
Werkgeluk is..: “Plezier hebben met elkaar en de kinderen. Als je het samen fijn hebt, werkt dit door op alle vlakken. Hard werken en plezier hebben, is goed in balans bij ons.” Team: “We zijn een klein, hecht en enthousiast team. Er is ruimte voor ideeën en ontwikkeling en we pakken nieuwe dingen graag aan. Daarnaast zijn we open naar elkaar en gaan we ook buiten het werk met elkaar om.” Personeelskamer: “Het is altijd gezellig in de personeelskamer. Laatst was onze directeur voor werk in het buitenland en nam een collega de taken waar. Toen hebben we wat grappen uitgehaald waar we nu nog om lachen. Ook leuk: “Tijdens een gesprek wist ik niet wie de artiest Bizzey was. Daar werd uiteraard hartstikke om gelachen. Niet moeilijk om te raden wat mijn wachtwoord werd toen ik een paar dagen later een nieuwe nodig had, en ja, dat wachtwoord is inmiddels al weer veranderd.” Delen: ”We delen veel met elkaar, zowel op werkgebied als privé. We delen zorgen en ideeën en kijken minimaal twee keer in het jaar bij elkaar in de klas. Dat is leerzaam en goed voor de samenwerking.”
Werkgeluk is…: “De motivatie en liefde behouden om het werk te blijven doen waar ik blij van word en voldoening van krijg. Dan kan ik anderen inspireren en gelukkig maken.” Collega’s: “Collega’s zijn onmisbaar voor werkgeluk. Iedereen heeft kwaliteiten en vormt op een unieke manier een schakel in het geheel. We werken goed samen en hebben de voorwaarden om ons werk goed te kunnen doen. Het VMT (directeur en afdelingshoofden) speelt hier een grote rol in. Zij vragen wat er nodig is om het werk met plezier te kunnen doen. Samen dragen we bij aan het collectieve werkgeluk.” Offline: “De directeur herinnert ons eraan om op tijd offline te gaan. Er zijn een aantal ontwikkeldagen en emailloze vrijdagen in het leven geroepen om de werkdruk te verlagen. Net als voorbereidingsuren, die in onze gedeelde outlookagenda staan onder ‘Samen onderwijs maken’.” Delen: “Op onze werkplek heerst naast een professionele ook een vriendschappelijke cultuur. Collega’s delen succesmomenten en zaken waar ze tegenaan lopen. Er is altijd iemand waar ik me veilig bij voel om lastige situaties mee te delen.” Helpen: “Als een beginnende collega moeite heeft met klassenmanagement wordt hij/zij ondersteund door een docent met meer ervaring en/of een vakcoach. In persoonlijke sfeer heb ik ooit meegemaakt dat een collega na het verlies van een dierbare door een andere collega spontaan werd meegenomen voor een etentje.”
“Werkgeluk is…: “Met plezier naar mijn werk gaan en voldoening halen uit de dag. Ik vind het bijvoorbeeld prachtig als kinderen aan het eind van het schooljaar echt een groep zijn geworden.” In hun kracht: “Deze school zet de leerkrachten in hun kracht, dat is ook werkgeluk. We werken met plg’s, professionele leergemeenschappen waarin we als leerkrachten bezig zijn met onderwijskundige thema’s. Zo werk ik onze visie op ICT uit. Tijdens het lesgeven houden we rekening met ieders sterke punten. Zo geeft een collega mijn handvaardigheidslessen en neem ik haar gymlessen over.” Collega’s: “We hebben een kleine school, met 7 à 8 leerkrachten. Collega’s zijn belangrijk voor het werkgeluk, we moeten het samen doen. We delen veel met elkaar en praten over hoe het thuis gaat of hoe alles in de klas verloopt. Als kinderen problemen hebben, sparren we daar samen over. Het zou wel leuk zijn als nu ook een man ons team komt versterken. Nu ben ik de enige.”
Klassewerkplek: “Onze school is benoemd tot Klassewerkplek. De sfeer is goed en het team voelt zich mede-eigenaar van het proces dat wij als school doorlopen. De directie kijkt naar onze talenten en geeft ons de ruimte en het vertrouwen om hiermee aan de slag te gaan. Bijvoorbeeld binnen verschillende werkgroepen, zoals pedagogiek en rijke leeromgeving.” Werkgeluk: “Werkgeluk is voor mij me gewaardeerd voelen door collega’s en directie, me fijn en veilig voelen en de ruimte krijgen om mijn talenten in te zetten. Werkgeluk zit ‘m daarnaast in het vinden van een goede balans tussen hard werken en ruimte krijgen om het gezellig te hebben met elkaar.” Collega’s: “We vormen als team – net als de kinderen in de klas – een groep. We willen samen het beste uit het onderwijs halen. Dat betekent dat we elkaar scherp moeten houden en er voor elkaar moeten zijn.” Lastige situaties: “Wanneer iets niet loopt in een groep delen we dit met elkaar en kijken we wat de betreffende leerkracht nodig heeft.” Personeelskamer: “Een grap of gekke streek ontbreekt natuurlijk niet in de personeelskamer. Of een gezellige quiz in de kroeg over ons team… (toen dat nog kon).” Plezier: “We stralen het plezier in ons werk uit naar de kinderen en de ouders. Zo hebben wij met de hele school naar een film toegewerkt. In zo’n week zie je het enthousiasme uitvergroot. Ik denk dat ik voor veel collega’s spreek als ik zeg dat we trots zijn op onze school.”